Bij onze oosterburen bekleden steeds meer vrouwen topfuncties. Tenminste als je kijkt naar de middenstand. Hier wordt 1 op de 5 topbanen ingevuld door vrouwen.
Dit blijkt uit een onderzoek van de Duitse investeringsbank KfW. Bij beursgenoteerde grote concerns ziet het beeld er echter heel anders uit: het aandeel vrouwen in managementfuncties bedraagt hier slechts 4,8 procent, tendens dalend.
“Vrouwen in leidinggevende functies vormen geen uitzondering meer, maar ons onderzoek laat zien dat er een inhaalslag moet worden gemaakt”. Dat zegt accountant Jörg Zeuner, hoofdeconoom van KfW in de Frankfurter Allgemeine Zeitung. Met het oog op het aantal nieuw op te richten bedrijven heeft hij er echter vertrouwen in dat het aantal vrouwelijke leidinggevenden in het MKB-bedrijf zal stijgen. “Het gezicht van de middenstand wordt vrouwelijker”, aldus Zeuner.
Ca 700.000 van in totaal 3,6 miljoen mkb-bedrijven worden geleid door een vrouw. Ze hadden in totaal ca. 4 miljoen medewerkers in dienst, leidden 112.000 jonge mensen op en investeerden 15 miljoen euro in machineparken en gebouwen. Het economisch belang is aanzienlijk, maar beneden proportie. De reden: het zijn vaak kleinere bedrijven in de dienstensector. Hoe groter bedrijven zijn, hoe eerder ze door mannen worden geleid. Bij middenstanders met een jaaromzet van meer dan 50 miljoen euro is slechts 5 procent van de eigenaars vrouw. Bij een omzet tot een miljoen euro per jaar, staat 20 procent onder leiding van een vrouw.
De meeste vrouwen in topfuncties werken in de dienstverlening, bijvoorbeeld in de verzorging, bij advocatenkantoren, pr-bureaus of financiële of personele dienstverlening.