Nederland krijgt dit jaar 18,5 miljoen euro subsidie uit Brussel voor internationale spoorverbindingen. 12,6 miljoen hiervan gaat naar de snelle directe verbinding tussen Groningen en Bremen, de zogeheten Wunderline. Nog eens 5,9 miljoen wordt uitgetrokken voor de spoorgoederenverbinding tussen Venlo en Kaldenkirchen.
Daarnaast gaat er nog eens 19,5 miljoen euro Europees subsidiegeld naar het stiller maken van goederentreinen uit de landen rondom Nederland. Hier heeft Nederland ook belang bij, omdat internationale treinen meer dan 90 procent uitmaken van het spoorgoederenvervoer over het Nederlandse spoor.
Het binnenhalen van de Europese subsidies is een welkome steun in de rug voor staatssecretaris Van Veldhoven (Infrastructuur en Waterstaat), die werkt aan betere en snellere spoorverbindingen met de landen rondom Nederland. De komende jaren wil zij twee miljoen reizigers extra verleiden om de trein te kiezen op korte afstanden binnen Europa. Wanneer de nieuwe Europese Commissie geïnstalleerd is, zal Van Veldhoven zich in Brussel hard maken voor goede en snelle internationale spoorverbindingen.
Groningen – Bremen
Het formele besluit voor de komst van de snelle Wunderline tussen Groningen en Bremen werd eerder dit jaar genomen. Met de trein die hier gaat rijden, zijn reizigers straks in zo’n twee uur van de ene in de andere stad. Het kabinet investeert hier 17 miljoen euro in. Spoorbeheerder ProRail en de Duitse collega starten uiterlijk in 2021 met de benodigde werkzaamheden om de verbinding tot stand te brengen.
Venlo – Kaldenkirchen
Voor het tracé Venlo – Kaldenkirchen wordt het subsidiegeld besteed aan het oplossen van knelpunten die er nu nog zijn op het grensoverschrijdende traject. De verbeterde verbinding moet straks bijdragen aan een betere internationale bereikbaarheid van Venlo en de omliggende regio. Concreet gaat het onder meer om de uitbreiding van sporen en emplacementen die geschikt gemaakt moeten worden voor langere goederentreinen.
TEN-T netwerk
In totaal is dit jaar 97,5 miljoen euro Europees subsidiegeld toegekend. Het Nederlandse aandeel van 16 procent hierin is daarmee hoog. De subsidies komen uit het Europese programma voor het Trans-Europese Vervoersnetwerk (TEN-T). Dit programma heeft als doel om binnen de Europese Unie tot één grensoverschrijdend netwerk voor het vervoer over land, water en door de lucht te komen. Elk jaar worden door het ministerie van Infrastructuur en Milieu projecten voorgedragen. Op 27 september gingen de Europese lidstaten akkoord met het voorgenomen besluit rondom de subsidieverdeling van de Europese Commissie.