Overijsselse en Gelderse Hanzesteden hebben de laatste jaren steeds meer toeristen uit Duitsland en België mogen ontvangen. Oorzaak hiervan is dat de steden de laatste twee jaar intensief internationale toeristencampagnes hebben gevoerd.
Het gaat om de steden Kampen, Zwolle, Deventer, Elburg, Harderwijk, Hasselt, Hattem, Zutphen en Doesburg. Sinds 2017 zetten zij extra in op toeristen uit het buitenland, vooral uit Duitsland en België. En dat heeft zijn vruchten afgeworpen: de Gelderse Hanzesteden mochten met 1.785.000 buitenlandse overnachtingen in 2018 een groei van 13 procent ten opzichte van 2017 noteren. 63 procent daarvan kwam voor rekening van Duitsers en Belgen. Ook in Overijssel steeg het aantal buitenlandse overnachtingen: van 1.126.000 overnachtingen in 2017 naar 1.231.000 overnachtingen in 2018. Hiervan kwam zelfs 74 procent uit Duitsland of België.
Ook de bestedingen aan een verblijf stegen duidelijk: van € 30,3 miljoen in 2016 naar € 44,3 miljoen in 2018. Tot slot profiteerde tevens de regionale bevolking goed van de stijging van het aantal Duitse en Belgische bezoekers. Het aantal banen in de recreatie en toerisme steeg namelijk van 12.730 in 2016 naar ruim 14.000 in 2018.
Tekort aan Duits sprekende gidsen
Volgens Elizabeth Stoit van Hanzesteden Marketing komt deze ontwikkeling de Hanzesteden duidelijk ten goede. ”We horen van VVV’s en ondernemers dat het aantal touringcars met toeristen uit Duitsland en het aantal rondleidingen met Duitsers veel meer is geworden”, zegt ze. Daarnaast is er in enkele steden een tekort aan Duits sprekende gidsen. “We merken het bijvoorbeeld op de Koggewerf in Kampen, maar eigenlijk in alle Hanzesteden wel dat er een toenemende vraag naar Duits sprekende gidsen is.”
Lees verder bij De Stentor.
