Op uitnodiging van de Duitse ambassadeur in Nederland, de heer Dirk Brengelmann, kwamen afgelopen dinsdag ca. 70 vertegenwoordigers uit de Nederlands-Duitse grensregio, van enkele Nederlandse ministeries en de Tweede Kamer bijeen in de residentie van de ambassadeur in Den Haag.
Eregast was Raymond Knops, staatssecretaris van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De heer Knops is als staatssecretaris verantwoordelijk voor de samenwerking met de buurlanden. In zijn toespraak benadrukte hij de betekenis van de grensregio. De grensregio heeft een groot potentieel, dat door over de grens heen samen te werken, nog groter wordt. Dit potentieel moet geactiveerd worden. De staatssecretaris beschrijft de grensregio´s als “regio´s die bruisen van de energie en ideeën” en vervolgt: “De spelers in de regio weten zelf het beste, wat de regio nodig heeft. De inwoners van de grensregio moeten weer het gevoel krijgen, dat er daadwerkelijk wat verbetert. De regering in Den Haag wil daarbij graag pragmatisch, inhoudelijk en financieel ondersteunen”, aldus de staatssecretaris. Daarbij keek hij ook kritisch naar de rol van de nationale regering en gaf aan, dat Den Haag te lang niet voldoende rekening hield met de grensregio. “Maar nu staan alle signalen op groen”, besloot Knops zijn toespraak.
Tijdens de aansluitende paneldiscussie benadrukte Euregio-voorzitter Hubert Bruls, dat Nederland en Duitsland veel van de problemen en uitdagingen samen aan kunnen. Belangrijk daarbij is, dat men samen actief wordt. “We moeten ons zelf doelen opleggen en er alles aan doen om deze de komende 10 jaar ook te realiseren. Niet alleen praten, maar ook handelen. Ondersteuning uit Den Haag en Düsseldorf en natuurlijk van Europa voor initiatieven als de “Euregionale – NiederRheinLande” of de vereenvoudiging van de subsidies voor kleinere projecten zijn daarbij een belangrijke voorwaarde om de grensregio verder te ontwikkelen.