De kogel is door de kerk. De Duitse minister van Verkeer en Waterstaat, Alexander Dobrindt (CDU), heeft nogmaals 22,2 miljoen euro uitgetrokken voor 13 nieuwe onderzoeksprojecten op het gebied van autonoom rijden in onder meer Berlijn en Düsseldorf.
Het plan bestaat weliswaar al langer, maar nu begint het concrete vormen aan te nemen: in de (verre) toekomst zijn er wellicht geen bestuurders meer nodig om van A naar B te rijden. Dobrindt wil in elk geval dat Duitsland op het gebied van autonoom rijden een flinke stap maakt. De minister is ambitieus: naar eigen zeggen moet Duitsland “marktleider worden op het gebied van geautomatiseerde ‚connected‘ voertuigen”. Dit moet leiden tot een betere doorstroming van het verkeer en een vermindering van CO2-uitstoot en geluidsoverlast.
Het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft o.a. geld vrijgemaakt voor de aanleg van een testtraject voor het geautomatiseerde rijden. Dit project ‚Kooperative Mobilität im digitalen Testfeld Düsseldorf‘ (KoMoD) is reeds gestart en zal twee jaar duren. Binnen dit onderzoek wordt met name de interactie tussen de bestuurder en het voertuig gemeten en gekeken welke complicaties ontstaan, wanneer het verkeer bestaat uit een combinatie wel- en niet-geautomatiseerde voertuigen. Vanwege veiligheidsredenen zal tijdens de testfase nog altijd een persoon in het voertuig zitten die eventueel kan ingrijpen.
In Berlijn-Reinickendorf worden soortgelijke tests gedaan. Voor het project ‚Veilig geautomatiseerd en connected rijden met zelfactualiserende kaarten‘ is een bedrag van 3,8 miljoen euro uit de staatskas beschikbaar. Daarnaast zal onderzoek worden gedaan naar elektronische dissels voor autonome vrachtwagens, een concept voor openbaar streekvervoer ‚on Demand‘ in landelijke regio’s getest, ‚digitale verkeersknooppunten 4.0‘ vormgegeven en de juridische randvoorwaarden voor het ‚verkeer 4.0‘ onderzocht. Aan het project nemen naast de stad Düsseldorf ook wegbeheerder Straßen.NRW uit Noordrijn-Westfalen en het Duitse Lucht- en Ruimtevaartcentrum deel.
Lees meer bij Heise.de