Nederland exporteerde vorig jaar voor 793 miljoen euro aan fietsen, 14 procent meer dan in 2014. Samen met Duitsland vormt Nederland een duidelijke kopgroep op het gebied van fietsexport en -productie, laat het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) weten.
Grote kans dat fietsbezitters binnen Europa rondfietsen op een fiets van Nederlandse of Duits makelij. Beide landen zijn groot in de export van fietsen: Nederland exporteerde vorig jaar voor 793 miljoen euro en Duitsland voor 708 miljoen euro. Het gat met België dat op de derde plek staat is groot: onze zuiderburen exporteerden vorig jaar voor 205 miljoen euro aan fietsen.
Nederlandse fietsexporteurs nemen ongeveer een kwart van de EU-export voor hun rekening. Het grootste deel wordt in eigen land geproduceerd. Toch importeerde Nederland vorig jaar voor 536 miljoen euro aan fietsen, voornamelijk uit Duitsland en Taiwan. Deze landen nemen ruim 60 procent van de Nederlandse fietsimport voor hun rekening.
Nederland produceert voornamelijk niet-elektrische fietsen. Slechts 8 procent van de uitgevoerde fietsen is elektrisch. Wel steeg de import van elektrische fietsen vorig jaar met maar liefst 46 procent naar ruim 103 miljoen euro. Dat komt neer op bijna 20 procent van de totale fietsimport. Meer dan de helft van de elektrische fietsen komt uit China.
Wereldwijd worden de meeste fietsen in Azië geproduceerd, en dan vooral in China en Taiwan. Maar Nederland draait ook wereldwijd goed mee: op de wereldranglijst van de belangrijkste exportlanden neemt Nederland de derde plaats in.