Over een reactivering van de spoorverbinding tussen Nijmegen en het Duitse Kleef wordt al jarenlang gediscussieerd. Nu kan er een nieuw hoofdstuk aan dit boek toegevoegd worden: Gemeente Nijmegen ziet nog steeds weinig heil in een reactivering van deze verbinding. Dat blijkt uit een brief van het gemeentebestuur aan de raad naar aanleiding van schriftelijke vragen van de VVD en PvdA over de lijn.
Theo de Wit (PvdA Nijmegen) en Maarten Bakker (VVD Nijmegen) stelden op 28 november 2018 schriftelijke vragen over dit thema aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen. Op 15 januari jl. beantwoordde de gemeente de gestelde vragen.
Patstelling
Uit de brief blijkt dat Gemeente Nijmegen niet tegen reactivering van de spoorlijn is, maar wel ernstige twijfels heeft over de haalbaarheid ervan, “aangezien al vijftien jaar dezelfde discussie wordt gevoerd zonder enig resultaat. […] We zijn niet tegen een reactivering, maar we beperken de tijd en budget die we eraan besteden tot een minimum, omdat we al jarenlang samen met de Stadregio Arnhem Nijmegen aan het project hebben getrokken zonder concreet resultaat”. Er is sprake van een patstelling: de betrokken partijen zijn er tot op heden niet in geslaagd het eens te worden over de financiering van de lijn en de techniek.
Alternatieven
Het college ziet meer heil in andere opties om het openbaar vervoer in de grensregio te verbeteren. Gedacht wordt bijvoorbeeld aan een rechtstreekse elektrische busverbinding. Ook wijst het college erop dat de busverbinding tussen Nijmegen en Kleef, lijn SB58, recent al is verbeterd: de frequentie van de bus in de spits is in december 2018 verhoogd naar twee keer per uur en de lijn is sneller geworden. Bovendien rijdt de bus in Nijmegen nu door naar het terrein van de Radboud Universiteit en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, waar voorheen het Centraal Station de eindhalte van de lijn was.