Bedrijven in Duitsland voelen zich wegens slinkende orders genoodzaakt om banen te schrappen. Uit een enquête van de Duitse vereniging ‘Die Familienunternehmer’, die in januari werd gehouden onder 800 aangesloten familiebedrijven, blijkt dat 21 procent van plan is om in het eerste kwartaal van 2025 zijn personeelsbestand in te perken. Dat zijn er evenveel als op het hoogtepunt van de coronapandemie in 2020. Ook is slechts 16 procent van de bedrijven nog van plan om nieuw personeel aan te nemen. Dit cijfer ligt nog lager dan tijdens de pandemie en is het laagste sinds 2015, het jaar waarin de kwartaalsenquête van ‘Die Familienunternehmer’ werd geïntroduceerd. Dit meldt de Rheinische Post.
Onzekerheid
Verantwoordelijk voor de mogelijke ontslagen zijn de kwakkelende economie, de onzekerheid over de uitkomst van de Duitse parlementsverkiezingen op 23 februari a.s. en daarmee ook onzekerheid over de richting van het toekomstige economische beleid. Deze situatie, maar ook de risico’s die zijn verbonden aan de oorlog in de Oekraïne hebben de slechte stemming onder het mkb versterkt. De fase waarin veel bedrijven bestaand personeel aanhielden om het tekort aan geschoolde arbeidskrachten tegen te gaan lijkt voorbij.
Minder vacatures
Volgens het onderzoek neemt ook het aantal openstaande vacatures af: in het derde kwartaal van 2024 had bijna 80 procent van de bedrijven nog vacatures in te vullen. Nu is dat minder dan 60 procent. Naar inschatting van ondernemers blijven de orderverwachtingen op een bedenkelijk niveau. De meeste bedrijven zijn nog steeds terughoudend met investeringen. Bureaucratie en overregulering blijven daarbij de belangrijkste obstakels. 62 procent van de ondernemers ziet deze als een rem op investeringen. Ook het onvoorspelbare economische en financiële beleid in Duitsland remt de bereidheid om te investeren: 46 procent van de bedrijven klaagt over een gebrek aan planningszekerheid. Een op de drie bedrijven ziet ook af van investeringen vanwege de neerwaartse conjunctuur in Duitsland.
Banenverlies in lagelonensector
Het banenverlies treft ook veel banen in de lagelonensector. Dit aantal is volgens Destatis, het Duitse bureau voor de statistiek, de afgelopen tien jaar met 1,3 miljoen gedaald. In april 2024 hadden ongeveer 6,3 miljoen werknemers (16 procent) een bruto uurloon beneden de loongrens van 13,79 euro. In april 2014, vóór de invoering van het wettelijk minimumloon op 1 januari 2015, behoorde nog meer dan een op de vijf banen (21%) tot de lagelonensector. De drempel lag toen op tien euro bruto per uur.