Op 26 september jl. waren er verkiezingen in Duitsland. Dat betekent dat er een nieuwe regering gevormd gaat worden – en dat kan ook gevolgen hebben voor de grensoverschrijdende samenwerking in onderwijsland. Daarom heeft het Rijnland Instituut de verkiezingsprogramma’s van de relevante partijen geanalyseerd en kijkt het vooruit naar wat er voor het binationale onderwijs verwacht kan worden van de Duitse regeringsformatie.
Op het gebied van onderwijs valt op dat er bij de Duitse partijen veel aandacht is voor de beroepsopleidingen, zeker als er een tekort is aan vakkrachten in een bepaalde sector, vooral bij de Grünen, de AfD en de FDP. Ook is er veel aandacht voor de zogeheten ‚dualen Studiengänge‘: opleidingen die theorie en praktijk combineren. Zowel de CDU, de Grünen, de SPD, die Linke en de AfD willen deze verder ontwikkelen en bevorderen. De erkenning van het tekort aan vakkrachten en het belang van een combinatie van theorie en praktijk in opleidingen maakt het werk van het Rijnland Instituut alleen maar relevanter: met binationale opleidingen kunnen we een bijdrage leveren aan het terugdringen van het tekort aan vakkrachten en hebben we aandacht voor het competentiemodel met veel aandacht voor praktische vaardigheden op basis waarvan we deze opleidingen willen opzetten.
Internationalisering en Europeanisering hebben een hoge prioriteit voor de FDP, bijvoorbeeld door het Erasmusprogramma en andere uitwisselingen te stimuleren en uit te breiden. Daar kan het grensoverschrijdende onderwijs zeker van profiteren. De AfD daarentegen wil het verdrag van Bologna, dat de bachelor-masterstructuur in geheel Europa mogelijk heeft gemaakt, opzeggen en teruggaan naar het oude nationale systeem van Duitsland. De AfD is bovendien als enige partij tegen de Europese Unie en wil grenscontroles van de nationale grenzen versterken. Dat bij elkaar zal het opzetten van het binationale onderwijs vermoedelijk niet makkelijker maken, maar de kans dat de AfD in een regering komt en veel invloed uit zal kunnen oefenen, lijkt nihil.
Hoewel er weinig aandacht is voor grensregio’s, zeggen de Grünen en de CDU hier wel iets over. De Grünen willen het Duitse fietsnetwerk flink verbeteren naar Nederlands voorbeeld en ervoor zorgen dat het goed aansluit op buitenlandse fietsnetwerken in de grensregio’s. Dat kan het grensoverschrijdend vervoer voor studenten en werknemers makkelijker maken. Ook de CDU wil de samenwerking en infrastructuur in grensregio’s verbeteren. Beide partijen maken een redelijke kans om in de regering te komen, dus als de standpunten worden omgezet in plannen, kan dat een behoorlijke impuls betekenen voor verbetering van de infrastructuur in de grensregio.
Een interessant detail is de focus van de Grünen en de FDP op de ontwikkeling van een sterker onderwijsaanbod in zwakkere, afgelegen regio’s. Als deze belofte wordt verzilverd bij regeringsdeelname, kan dat interessant zijn voor de grensregio’s, die vaak kampen met krimp en braindrain. Wellicht worden grensoverschrijdende beroepsopleidingen sneller erkend als oplossing.
We kunnen concluderen dat de meeste partijen het belang van Europese samenwerking op het gebied van onderwijs en open grenzen inzien. Ook wordt het belang van het opleiden van vakkrachten en een focus op de theoretische en praktische kant van beroepsopleidingen breed erkend. Als partijen daar in een volgende regering werk van maken – zeker het tekort aan vakkrachten is ook in Duitsland nijpend – kan het grensoverschrijdende onderwijs daar de vruchten van plukken. Verder zou het kunnen dat de komende regering stappen gaat zetten in de verbetering van de grensoverschrijdende infrastructuur. Kortom, ondanks de geringe aandacht voor de grensregio is er een behoorlijke kans dat de komende regering stappen gaat zetten waarvan het binationale onderwijs kan profiteren.
Over de auteur
Janno Rook is student internationale politieke economie aan de RUG en stagiair bij het Rijnland Instituut.