Het Grensoverschrijdend Politieteam (GPT) krijgt ook de komende vier jaar een vervolg. Vandaag werd de nieuwe overeenkomst hiervoor getekend bij de grensovergang van de A1 bij Bad Bentheim. Het politieteam bestaat uit agenten uit Duitsland en Nederland die gezamenlijk grensoverschrijdende criminaliteit zoals drugs- en wapensmokkel aanpakken.
Deelnemers aan het GPT zijn de Koninklijke Marechaussee District Noord-Oost, de Politie Oost-Nederland, de Bundespolizeidirektion Hannover, de Kreispolizeibehörde Borken en de Polizeidirektion Osnabrück. Deze speciale eenheid, werkend onder één dak en geleid door een coördinator, zorgt voor meer veiligheid in de grensregio’s. De ca. 20 politiemensen van het GPT treden jaarlijks in ca. 1.900 gevallen op. Veel voorkomende delicten zijn woninginbraak, drugssmokkel en illegale migratie. In ca. tweederde deel van de gevallen gaat het om de vervolging van misdaden en overtredingen, een derde deel betreft preventie. De patrouilleauto’s zijn bezet met zowel een Duitse als een Nederlandse politiefunctionaris en hoeven aan de grens niet te stoppen. Bij het oversteken van de grens, draagt de ene politiemedewerker de leiding op zijn collega over.
Op 1 juni 2008 begon de subsidiëring van het ‘Grensoverschrijdende Politieteam Bad Bentheim’ (GPT) uit het Europese subsidieprogramma INTERREG IV A. De EUREGIO in Gronau/Enschede ondersteunde dit project. Het GPT Bad Bentheim was destijds het eerste geïnstitutionaliseerde en op een langdurige samenwerking gerichte, puur operationeel werkende politieteam dat langs een Europese binnengrens zonder praktische belemmeringen de criminaliteit kon bestrijden. Ook vanwege de bundeling van competenties op het gebied van cultuur, taal en recht c.q. de uitwisseling van informatie is het GPT een echte aanwinst voor wat betreft een gezamenlijke efficiënte taakvervulling. In maart 2012 ging het tweede GPT-team van start, het Grensoverschrijdend Politieteam Bad Nieuweschans.
Het project ‘Grensoverschrijdend Politieteam’ wordt mede gefinancierd in het kader van het INTERREG IV A-programma ‘Deutschland-Nederland’ met middelen uit het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) alsmede van de Niedersächsiche Staatskanzlei, het ministerie van Economische Zaken van de deelstaat Nordrhein-Westfalen en van het Nederlandse ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.