De toekomst vormgeven met innovaties. Dat was het doel en de boodschap van het internationale congres ‘Eco-innovaties met biomassa’ in Papenburg op 20 en 21 maart, onderdeel van het Duits-Nederlandse INTERREG V-project ‘Bio-economie in de non-foodsector’. Ongeveer 240 deelnemers kwamen naar het congres, waaronder veel regionale ondernemers en wetenschappers. Meer dan veertig exposanten presenteerden innovatieve processen of lieten hun innovatieve producten zien.
„Met zestig gastsprekers uit negen landen heeft dit evenement zich ontwikkeld tot een bijeenkomst met gevestigde experts en strategieën uit de bio-economie“, vertelt Reinhard Winter, Landrat van de Landkreis Emsland. Henk Staghouwer, gedeputeerde van de provincie Groningen, ging in op de noodzaak van grensoverschrijdende samenwerking in de bio-economie: „Groene chemie voor een schone toekomst is een onderwerp dat niet stopt bij de landsgrens.“
Minder plastic
Op de ‘ideeënmarkt’ presenteerden projectpartners uit de regio innovatieve producten die kunststoffen kunnen vervangen. Professor Jan Jager van de NHL Hogeschool in Emmen gaf als voorbeeld dat er vezels zijn ontwikkeld die gebruikt kunnen worden voor visnetten. Deze vezels zijn afbreekbaar in de zee en daardoor dragen zij bij aan het verminderen van de plasticsoep in de oceanen. Reststoffen uit de agrarische sector zijn voor 3D-printen en spuitgieten met succes getest. Zo is een composteerbaar touw voor de tuinbouw ontwikkeld en uit duurzame grondstoffen is een composteerbaar bio-substraat gemaakt. In de regio zijn ook verpakkingsmaterialen van paddenstoelen en bouwmaterialen van hennepvezels en andere grondstoffen op biologische basis gemaakt. Algen voor het produceren van textiel en zaaigoed op biologische basis zijn voorbeelden van andere innovaties. „In totaal zijn hier veertig projecten uitgevoerd in het kader van het Duits-Nederlandse project ‘Bio-economie in de non-foodsector’’, aldus Karin Eden, projectmanager bij de Eems Dollard Regio.
Anders Wijkman, erevoorzitter van de Club van Rome, beschreef de uitdagingen en kansen waar onze economie mee te maken heeft: „Zestig procent van ons ecosysteem is al beschadigd of wordt op een niet-duurzame manier gebruikt. Om deze trend tegen te gaan, moeten grondstoffen op een efficiëntere manier gebruikt worden en moet de circulaire economie effectiever vormgegeven worden.“ Het gebruik van biologische materialen is onderdeel van de veranderingen die nodig zijn. Het leidt tot minder verbruik van fossiele brandstoffen en tot een efficiënter gebruik van grondstoffen. Wijkman riep de politiek bovendien op om meer rekening te houden met milieuaspecten, onder meer door belastinghervormingen door te voeren.
Verkeer klimaatvriendelijker
Magnus Buhlert van het Niedersächsische Ministerium für Umwelt, Energie, Bauen und Klimaschutz wees erop dat de energietransitie ook gevolgen heeft voor het verkeer. Volgens Buhlert is openstaan voor innovatieve technieken de voorwaarde om mobiliteit uiteindelijk klimaatvriendelijker te maken.
André Faaij, professor aan de Rijksuniversiteit Groningen, toonde aan de hand van verschillende scenario’s aan dat biomassa een belangrijke bijdrage kan leveren aan het bereiken van de klimaatdoelen. Hij benadrukte de noodzakelijkheid van een efficiënte en duurzame landbouw en noemde de bio-economie daarbij als trendsetter. Andere presentaties tijdens het congres gingen over het bijdragen aan klimaatvriendelijke landgebruiksconcepten, zoals het rendabel beheren van veengebieden met paludicultuur en nieuwe producten die van lisdodde en veenmos gemaakt zijn.
Duurzame schoenen
Professor Ellen Bendt van de hogeschool Niederrhein stelde onder andere een duurzaam, slim en modulair concept voor schoenen voor. Het bovenste deel van de schoen wordt gebreid en de zool wordt met een 3D-printer gemaakt. Wereldwijd worden jaarlijks 23 miljard schoenen gemaakt. Die schoenen worden door hun heterogene materiaaleigenschappen nauwelijks gerecycled. De aanpak van Bendt is zodoende een aanzet om de productie van schoenen duurzamer te maken.
Het congres werd voor de zesde keer succesvol georganiseerd en uitgevoerd door het 3N Kompetenzzentrum Niedersachsen Netzwerk Nachwachsende Rohstoffe und Bioökonomie e.V. en ondersteund door het Niedersächsische Ministerium für Ernährung, Landwirtschaft und Verbraucherschutz en de Eems Dollard Regio. Het congres werd gesubsidieerd door de Europese Unie in het kader van het Duits-Nederlandse INTERREG V-project ‘Bio-economie in de non-foodsector’.