Wie in Nederland met het Janssen-vaccin is gevaccineerd en recent met een mRNA-vaccin geboosterd is, komt in Duitsland mogelijk in de problemen. Daar geldt een tweede prik met een mRNA-vaccin na Janssen namelijk niet als booster; daarvoor is nu een derde vaccin nodig. De aan Nederland grenzende deelstaat Noordrijn-Westfalen heeft hierop een uitzondering gemaakt.
Duitsland paste vorige week de regels omtrent het Janssen-vaccin aan, in Duitsland bekend als Johnson & Johnson. Inwoners van Duitsland hebben nu twee extra mRNA-vaccins (Pfizer of Moderna) nodig om te gelden als geboosterd. In het kader van de 2G+-regeling voor de Duitse horeca is dat van belang: de horeca is in Duitsland alleen nog toegankelijk voor personen die volledig zijn gevaccineerd of genezen en een boostervaccinatie hebben gehad. Personen die volledig zijn gevaccineerd of genezen, maar nog geen boostervaccinatie hebben gehad, krijgen alsnog toegang tot de horeca wanneer ze een negatieve antigeentest (sneltest) kunnen voorleggen. Wie dus met het Janssen-vaccin is gevaccineerd en daarnaast één mRNA-vaccin heeft gehad, moet een negatieve test kunnen voorleggen om een restaurant of café binnen te mogen.
Reden voor de aanpassing van de regels omtrent het Janssen-vaccin is dat de bescherming tegen het coronavirus na één prik met het Janssen-vaccin onvoldoende bleek te zijn, aldus de Duitse vaccinatiecommissie StiKo.
Uitzondering in Noordrijn-Westfalen; in Nedersaksen niet
De deelstaat Noordrijn-Westfalen heeft de regels omtrent het Janssen-vaccin inmiddels licht versoepeld. Wie minimaal 14 dagen geleden en maximaal 90 dagen geleden een tweede vaccinatie met een mRNA-vaccin heeft gehad, geldt als geboosterd. Een negatieve test is in de horeca dan niet meer nodig. Na 90 dagen is echter alsnog een derde vaccinatie als booster vereist. Meer informatie hierover is te vinden onder de veelgestelde vragen op deze pagina.
De deelstaat Nedersaksen, die ook aan Nederland grenst, heeft deze uitzondering vooralsnog niet gemaakt.
Lees meer bij Duitslandweb.