Kategorien Blog

Het woonlandbeginsel: een catastrofale utopie!

Een inwoner van Duitsland, die als grensarbeider in Nederland werkt, is op grond van het bilaterale belastingverdrag en de Europese socialezekerheidsverordening in Nederland belastingplichtig én sociaal verzekerd. Ook geldt het Nederlands arbeidsrecht (incl. CAO). Er is sprake van volstrekte gelijkheid op de werkvloer (werklandbeginsel). De loonkosten, het bruto/netto loon van de grensarbeider, is voor 100% hetzelfde als dat van zijn Nederlandse collega. Echter, de grensarbeider heeft vaak te weinig kennis over het geldende belasting- en sociaal stelsel. Ook de administratieve lastendruk is een groot probleem. In financieel opzicht is er sprake van zowel voor- als nadelen.

Goedwillende beleidsmakers en politici willen het grensoverschrijdend werken stimuleren. Niet gehinderd door kennis van zaken wil men bijvoorbeeld regelen dat de Duitse grensarbeider in Nederland onderworpen blijft aan het fiscale en sociale stelsel van zijn woonland (Duitsland). De grensarbeider zou dan geen last ondervinden van het ‘onbekende’ Nederlandse fiscale en sociale stelsel. Hij zou immers niet van stelsel wisselen.

Ongelijkheid op de werkvloer

Dit voorstel is naar mijn mening catastrofaal. De Nederlandse werkgever moet dan immers voor zijn Duitse grensarbeider de socialezekerheidspremies en loonbelasting naar Duits recht afdragen in Duitsland. Uiteraard blijft het Nederlandse arbeidsrecht, CAO en aanvullende pensioenregeling van toepassing. Het loonstrookje wordt opgeknipt. Gevolg van dit alles is dat er verschillen in loonkosten en bruto/netto loon ontstaan tussen de grensarbeider en zijn collega’s. De grensarbeider bouwt gelijktijdig aanvullend pensioen op in Nederland en wettelijk ouderdomspensioen in Duitsland. Er ontstaat ongelijkheid op de werkvloer (ongelijk loon voor gelijk werk). Geen enkele Nederlandse werkgever zal vanwege de administratieve lastendruk nog een grensarbeider in loondienst willen nemen. De Nederlandse werkgevers en vakbonden zullen zich met hand en tand verzetten tegen het woonlandbeginsel, dat in strijd is met het Europese gelijkheidsbeginsel. Het Europees recht staat niet toe dat er een onderscheid wordt gemaakt op grond van nationaliteit resp. woonplaats.

Atypische grensarbeider

Naast de grensarbeider bestaat ook de atypische grensarbeider. Dat is bijvoorbeeld een Nederlander, die naar Duitsland verhuist en in Nederland blijft werken. Hij blijft ‘gewoon’ sociaal verzekerd en belastingplichtig in zijn werkland (Nederland). Indien op deze grensarbeider de sociale en fiscale wetgeving van zijn woonland (Duitsland) zou worden toegepast, dan zal er geen Nederlander meer naar Duitsland verhuizen.

Er zijn ook ideeën om de grensarbeider (eenmalig) te laten kiezen waar hij sociaal is verzekerd en belasting betaalt. Dit soort keuzerecht leidt tot ’cherry picking’ en is zeer ingewikkeld. Ook bestaan er ideeën om belastingheffing en premieheffing, die nu samenhangend van kracht zijn in het werkland, te ontkoppelen. Dit leidt in de praktijk tot voordelen voor de ene groep grensarbeiders en nadelen voor de andere groep grensarbeiders.

Grensinfopunten

Het informatieprobleem van de grensarbeider kan opgelost worden door persoonlijke advisering bij grensinfopunten (grensparantie). Grensoverschrijdende arbeidsbemiddeling via persoonlijke dienstverlening is noodzakelijk. Financiële nadelen van grensarbeiders – er zijn ook voordelen – kunnen opgelost worden door compensatiemaatregelen door het woonland. Het woonland compenseert dan de eventuele nadelen. Hoogopgeleide en goedbetaalde buitenlandse expats krijgen gedurende 10 jaar een riante mobiliteitspremie (zgn. 30%). Waarom zou men de in Nederland werkende grensarbeider geen bescheiden mobiliteitspremie kunnen geven? Een verhoging van de arbeidskorting voor een periode van 3 jaar?

Gelijkheid op de werkvloer én gelijkheid met de buurman in het woonland: dat is dé oplossing. Het idee van het woonlandbeginsel is vergelijkbaar met het idee om Duitsers in Nederland te verplichten of hen de keuze geven om links te rijden. Dit leidt tot catastrofes.

Ger Essers (2)Over de auteur

Ger Essers is bestuurslid van de Deutsch-Niederländische Gesellschaft zu Aachen (www.dng-aachen.eu). Contact: ger.essers@dng-aachen.eu