Een arbeidsrelatie kan juridisch gezien op verschillende wijzen worden vormgegeven. Zo kan sprake zijn van een arbeidsovereenkomst of van een overeenkomst van opdracht. Bij een overeenkomst van opdracht wordt door de opdrachtgever een bepaalde dienst of prestatie opgedragen aan een opdrachtnemer, die deze dienst of prestatie zelfstandig moet verrichten. Bij een arbeidsovereenkomst daarentegen, is de opdrachtnemer onder gezag van de opdrachtgever werkzaam. Belastingadviseur Bas Wissing van de Holland/Germany Desk van BDO licht toe welke regelgeving in dit geval van belang is voor Nederlanders die in Duitsland actief zijn.
De grens tussen een overeenkomst van opdracht (zelfstandigheid) enerzijds en een arbeidsovereenkomst (dienstbetrekking) anderzijds, is in de praktijk niet scherp te trekken. Het (fiscale) belang van een juiste kwalificatie van de arbeidsrelatie is echter navenant, immers: alleen bij een arbeidsovereenkomst moet de opdrachtgever sociale lasten inhouden en betalen, terwijl de opdrachtnemer alleen bij een overeenkomst van opdracht (onder voorwaarden) recht heeft op de fiscale ondernemersfaciliteiten.
Bedrijven worstelen in de praktijk regelmatig met dit vraagstuk, dat dientengevolge ook de politiek en de fiscale autoriteiten al jarenlang bezig houdt.
Ook Duitsland kent deze problematiek. In dat verband is voor Nederlanders die in Duitsland actief zijn – hetzij als opdrachtgever, hetzij als opdrachtnemer – het volgende van belang:
- Met de wijziging van het Arbeitnehmerüberlassungsgesetz per 1 april 2017, moet er meer duidelijkheid komen over de vraag of sprake is van een overeenkomst van opdracht (Werkvertrag) of van een arbeidsovereenkomst (Arbeitsvertrag). Er is een nieuw artikel in het Duitse burgerlijk wetboek ingevoerd, dat het rechtsbegrip arbeidsverhouding definieert*.Van een concreet stroomschema om de vraag te beantwoorden of in een bepaalde casus wel of niet sprake is van een arbeidsovereenkomst, is echter geen sprake. De Duitse wet is nog steeds vrij ruim geformuleerd. Bovendien: net als in Nederland wordt in een concreet geval de kwalificatie van overeenkomst van opdracht terzijde geschoven als blijkt dat de feitelijke praktijk afwijkt van de schriftelijke overeenkomst.
- Duitsland kent al langere tijd een procedure die vergelijkbaar is met “onze” voormalige Verklaring Arbeidsrelatie (VAR). Als een opdrachtgever en/of een opdrachtgever in Duitsland vooraf zekerheid willen hebben over een concrete arbeidsrelatie, kunnen zij op verzoek een Statusfeststellungsverfahren aanvragen bij de Deutsche Rentenversicherung (DRV). De DRV komt dan met een bindende verklaring. Dit geldt ook als de opdrachtnemer via een “eigen” GmbH opereert. Helaas geldt het Statusfeststellungsverfahren alleen voor de sociale verzekeringen. Voor de loonbelasting bestaat voor de opdrachtgever de mogelijkheid om een zgn. Lohnsteueranrufungsauskunft aan te vragen.
- In Duitsland is het verplicht dat de opdrachtgever in zijn administratie documentatie bewaart waaruit blijkt dat, en hoe, hij de arbeidsrelatie met (vermeende) zelfstandigen heeft beoordeeld. Dit speelt te meer nu de DRV te kennen heeft gegeven schijnzelfstandigheid dit jaar actief te gaan bestrijden.
* 611a Bürgerlichen Gesetzbuch