Kategorien News

Succesvolle euregionale oefening hulpdiensten in Aken

In het kader van de euregionale samenwerking organiseerde Euregio Maas-Rijn Incidentenbestrijding en Crisisbeheersing (EMRIC) vorige week een grote euregionale oefening in Aken. Op treinstation Aachen West werd een botsing tussen een goederen- en personentrein in scène gezet. Tijdens deze unieke oefening werden de internationale afspraken tussen de Nederlandse, Duitse en Belgische hulpdiensten in de praktijk gebracht.

Bij deze oefening waren 450 hulpverleners uit drie landen betrokken. Vanuit Nederland oefenden onder andere Veiligheidsregio Zuid-Limburg (onderdeel Brandweer Zuid-Limburg) en GGD Zuid-Limburg mee. Enkele Zuid-Limburgse bestuurders waren als toeschouwer aanwezig. Zij zagen hoe de botsing tussen twee treinen werd nagebootst. Uit een ketelwagon van de goederentrein lekte bovendien een gevaarlijke stof, waardoor bij een echt incident ook de omgeving gevaar zou lopen. Om de oefening zo realistisch mogelijk te maken, figureerden universitaire studenten van de universiteit van Aken als ‘slachtoffer’.

Euregionale afspraken in de praktijk

Marian Ramakers-van Kuijk, programma-manager EMRIC, over de oefening: „Deze oefening vormde een geweldige kans om de grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van hulpverlening te oefenen. De euregionale afspraken die we in het geval van grote catastrofen gemaakt hebben, konden tijdens deze oefening op een realistische manier beoefend worden. De oefening zal geëvalueerd worden en de lessen die we eruit trekken, gebruiken we om de euregionale samenwerking in de toekomst verder te verbeteren.“

EMRIC coördineert euregionale samenwerking tussen hulpdiensten

Het unieke samenwerkingsverband tussen de euregionale hulpdiensten uit Nederland, België en Duitsland bestaat inmiddels meer dan 40 jaar. Die grensoverschrijdende samenwerking wordt sinds 2005 gecoördineerd door bureau EMRIC (Euregio Maas-Rijn Incidentbestrijding en Crisisbeheersing). Gezien de unieke ligging van Zuid-Limburg – ingeklemd tussen Duitsland en België – zijn buitenlandse hulpdiensten op sommige plekken sneller ter plaatse dan de Nederlandse hulpdiensten. Daarom zijn afspraken gemaakt over de manier waarop de hulpdiensten uit verschillende landen elkaar helpen. Onder leiding van EMRIC worden deze afspraken regelmatig beoefend.